Veelgestelde vragen
De meestgestelde vragen over de recycling en recyclability van papier en karton vind je op deze pagina. Staat jouw vraag er niet bij? Stuur ons dan een berichtje via het contactformulier op deze pagina. We helpen je graag persoonlijk verder!
Vragen over de recyclability van papieren en kartonnen verpakkingen en producten
Recyclability of recyclebaarheid is een producteigenschap die aangeeft hoe goed de vezels (en andere componenten) met behoud van kwaliteit uit papiergebaseerde producten terugwinbaar en hertoepasbaar zijn. Het is een resultaat van een productontwerp, de productie en de verwerking van papier of karton.
Er bestaan verschillende richtlijnen voor het ontwerpen van recyclebare verpakkingen zoals:
–KIDV Recyclecheck Papier en Karton Verpakkingen
–4Evergreen’s Circularity by design guideline for fibre-based packaging
–CPI’s Design for Recyclability Guidelines
Hierin worden de do’s en don’ts beschreven waaraan verpakkingen moeten voldoen om na gebruik goed recyclebaar te zijn en teruggewonnen componenten kunnen dienen als grondstof voor een nieuw product.
Als een product ontworpen is volgens de recyclabilityrichtlijnen, is dat nog geen garantie dat het product daadwerkelijk eenvoudig recyclebaar is. Om dit te beproeven kan een recyclabilitytest op laboratoriumschaal worden uitgevoerd op basis van een aangeleverde verpakking (zie volgende vraag). In deze test wordt een aantal criteria getest, waaruit moet blijken of de verpakking zich goed laat verwerken tot nieuwe papier- en kartonproducten van hoge kwaliteit, zonder een te grote belasting voor het proces, het milieu en de betrokken medewerkers. Het resultaat hiervan is een meetrapport (en een certificaat) waaruit volgt of het product recyclebaar is. Dit vormt een belangrijke voorwaarde voor de wijze waarop de verpakking na gebruik kan worden ingezameld: via de oudpapierbak of op andere wijze.
Er bestaan verschillende soorten recyclabilitytesten; binnen Nederland en Europa is de meest gebruikte die volgens het zogenaamde Cepi-protocol. Er bestaan verschillende laboratoria die de test volgens dit protocol uit kunnen voeren. Vraag bij het laten uitvoeren van een test expliciet aan het laboratorium de Cepi Recyclability Test Method Version 2 te gebruiken alsmede het verkrijgen van een testcertificaat met een oordeel van de test (bovenop het laboratoriumverslag).
De recyclabilitytest kan in verschillende fasen worden uitgevoerd: tijdens de ontwikkeling van een product of als de finale versie van de verpakking. Als u van de leverancier van het materiaal een testcertificaat ontvangt, dan kan dat afdoende zijn. Als dit een testcertificaat betreft van een halffabricaat waarna nog diverse bewerkingen volgen om tot een uiteindelijke verpakking te komen (lamineren, verlijmen, aanbrengen van een etiket, een venster, een bedrukking of een dop), dan verandert daardoor mogelijk de recyclebaarheid. Alleen een testcertificaat van de eindverpakking biedt voldoende duidelijkheid omtrent recyclebaarheid en is daarmee ook indicatief voor de afdankroute. Over de recyclingtesten is meer informatie te vinden op deze website. Heeft u vragen of twijfels? Stuur dan een e-mail naar info@papiercirculair.nl.
Tenslotte: recyclabilitytesten zijn continu in ontwikkeling. Dit betekent dat criteria en ook normen kunnen wijzigen. Daarom kent een recyclabilitytest en -certificaat een beperkte geldigheid. Dit geldt ook als een verpakking een verdere ontwikkeling doormaakt. Dan is het certificaat van de voorgaande verpakkingsversie niet meer afdoende en moet de recyclebaarheid opnieuw worden vastgesteld.
Om een verpakking te recyclen is een recyclingproces nodig. Daarvan bestaan verschillende typen, van eenvoudig tot complex. Om in één van deze processen terecht te komen, dient een verpakking eerst ingezameld te worden. Voor huishoudelijk ingezameld oud papier bestaat daar in Nederland o.a. de oudpapierbak voor. Na inzameling in de oudpapierbak, wordt de oudpapierstroom gesorteerd en komen verpakkingen uiteindelijk in een recyclingproces terecht waarin niet alle soorten papieren of kartonnen verpakkingen gerecycled kunnen worden.
Er gelden inzamelvoorwaarden om een onderscheid te maken tussen de papieren en kartonnen verpakkingen en producten die goed recyclebaar zijn en de verpakkingen die dat niet zijn. Deze voorwaarden staan beschreven in de PRN-scheidingswijzer. Daarin staat beschreven welke verpakkingen wel en niet welkom zijn in de oudpapierbak. Dit kan samenhangen met het soort verpakking (een kartonnen doos of een bubbeltjesenvelop) en de toestand van de verpakking (alleen schone en droge verpakkingen zijn welkom in de oudpapierbak). Naast de oudpapierbak kennen we in Nederland voor papiergebaseerde verpakkingen nog de PMD-bak (alleen voor drankenkartons). Mocht een verpakking niet voldoen aan de inzamelvoorwaarden of de PMD-definitie, dan geldt momenteel dat ze in het huishoudelijk restaval dienen te worden afgedankt.
In het geval dat verpakkingen in een bedrijfsomgeving ingezameld worden, dan komen zij in een bedrijfsmatige oudpapierstroom terecht. Oudpapierinzamelbedrijven hanteren een inzamelclassificatie volgens de Europese lijst van standaardsoorten oud papier en -karton voor recycling (de zogenaamde NEN-EN 643). De innamemogelijkheden (en acceptatievoorwaarden) kunnen ruimer zijn dan voor huishoudelijk oud papier. Dat heeft ermee te maken dat de hierin opgenomen categorieën oud papier ook in andere recyclingprocessen terecht kunnen komen dan het huishoudelijk ingezameld oud papier.
Als het testresultaat afkomstig is van een van de in vraag 4 genoemde laboratoria en als het testresultaat de beoordeling ‘recyclebaar’ -met een positieve score- heeft gekregen (hetgeen betekent dat het recyclebaar is in een standaard recyclingproces), dan is dat voldoende. Het is belangrijk je te realiseren welk materiaal op recyclability is getest. Als dat een halffabricaat betreft (op basis van een certificaat beschikbaar gesteld door de leverancier), dan wil dat nog niet direct zeggen dat de te produceren eindverpakking ook recyclebaar is!
Zeker als additionele bewerkingen hebben plaatsgevonden met het halffabricaat (zoals bijvoorbeeld lamineren, verlijmen, aanbrengen van een etiket, een venster, een bedrukking of een dop), dan dient de eindverpakking op recyclability getest te worden. Daarnaast geldt dat een positief testresultaat niet automatisch inhoudt dat de verpakking bij het oud papier mag worden afgedankt. Zo dient een verpakking bij afdanking schoon en droog te zijn (zie ook vraag 5). Bij twijfel: stuur een e-mail naar info@papiercirculair.nl.
Om als papier of karton te worden gekenmerkt, dient een materiaal/product voor minimaal 50 procent uit papiervezels te bestaan. Anders dan in onze buurlanden, geldt in Nederland geen percentage toegestane zogenaamde papiervreemde componenten. Het advies is echter om het aandeel toevoegingen zo klein mogelijk te houden; zoveel als nodig voor functioneel gebruik.
Bij de recyclabilitytest telt het aandeel papiervreemde componenten zwaar mee in de recyclabilityscore. Zonder additionele limiterende factoren van de verpakking in de recyclabilitytest, kan een product met meer dan 20 procent aan papiervreemde delen geen oordeel ‘recyclebaar’ meer scoren. Zodra de verpakking andere limiterende factoren kent, dient het aandeel papiervreemde delen (ver) beneden de 20 procent te liggen.
Als aan de voorwaarden wordt voldaan om een verpakking via het oud papier af te danken, dan kan het weggooiwijzer-logo worden gebruikt. De Weggooiwijzer-logo’s zijn niet verplicht. Ze geven consumenten een duidelijke indicatie in welke afvalbak/container een verpakking kan worden afgedankt. Klik hier voor meer specifieke toepassingen van de Weggooiwijzer.
Verpakkingsmaterialen zijn continu in ontwikkeling; zo ook, en misschien wel in het bijzonder, verpakkingen die op papiervezels zijn gebaseerd. Papier- en kartonfabrieken passen voortdurend hun processen aan om aansluiting te kunnen blijven vinden bij de kwaliteit en samenstelling van het oud papier dat wordt ingezameld en bij de kwaliteitseisen van de producten die ze maken. Een toenemend aantal papier- en kartonfabrieken beschikt over een verwerkingsproces dat diverse soorten oud papier kan verwerken. Als gevolg van de technologische ontwikkelingen neemt de hoeveelheid oud papier en -karton die kan worden gerecycled nog altijd toe. Ook de inzamelvoorwaarden voor papiergebaseerde verpakkingen worden regelmatig aangepast aan de technische mogelijkheden van zowel papiersorteerbedrijven als de recyclingprocessen binnen papier- en kartonfabrieken.
Om op al deze wijzigingen in te spelen, zijn ook recyclabilitytesten continu in ontwikkeling. Dit betekent dat criteria en normen wijzigen. Daarmee kent een recyclabilitytest en -certificaat een beperkte geldigheid. Ook verpakkingen kunnen ontwikkelingen doormaken. Dan is het certificaat van de voorgaande verpakkingsversie niet meer afdoende en dient de recyclebaarheid van de nieuwste verpakkingsversie te worden bepaald. Meer en meer zien we in de markt dat producten zich vernieuwen om beter recyclebaar te zijn.
De uitkomsten van een recyclabilitytest worden samengevat in een meetrapport. Op basis van de meetwaarden wordt een overall-score berekend over de recyclebaarheid die wordt vermeld op een testcertificaat voor de onderzochte verpakking. Indien het testresultaat van een test uitgevoerd op basis van het Cepi-protocol de beoordeling ‘recyclebaar’ -met een positieve score- krijgt, betekent dit dat de verpakking recyclebaar is in een standaard recyclingproces. Indien de verpakking voldoet aan de inzamelvoorwaarden van de scheidingswijzer papier en karton betekent dit in principe dat deze ingezameld kan worden via de oudpapierbak.
Indien de verpakking met beoordeling ‘recyclebaar’ in de gebruiksfase bijvoorbeeld vies of nat is geworden, is deze niet welkom in de oudpapierbak en dient deze afgedankt te worden in het huishoudelijk restafval. Indien de verpakking als uitkomst van de recyclabilitytest een beoordeling ‘niet recyclebaar’ -dus met een negatieve score- heeft gekregen, is deze eveneens niet welkom in de oudpapierbak en geldt ook hier het huishoudelijk restafval als eindstation. Uit het meetrapport van de test volgen aanwijzingen hoe de recyclebaarheid van de verpakking kan worden verbeterd, waarna een nieuwe test uitsluitsel geeft of een verbeterde versie wel opteert voor ‘recyclebaarheid’ en ‘oudpapierbak’.
Als een product ontworpen is volgens de recyclabilityrichtlijnen, is dat nog geen garantie dat het product daadwerkelijk eenvoudig recyclebaar is. Om dit te beproeven kan een recyclabilitytest op laboratoriumschaal worden uitgevoerd op basis van een aangeleverde verpakking (zie volgende vraag). In deze test wordt een aantal criteria getest, waaruit moet blijken of de verpakking zich goed laat verwerken tot nieuwe papier- en kartonproducten van hoge kwaliteit, zonder een te grote belasting voor het proces, het milieu en de betrokken medewerkers. Het resultaat hiervan is een meetrapport (en een certificaat) waaruit volgt of het product recyclebaar is. Dit vormt een belangrijke voorwaarde voor de wijze waarop de verpakking na gebruik kan worden ingezameld: via de oudpapierbak of op andere wijze.
Als het testresultaat afkomstig is van de hiervoor genoemde instituten en als het testresultaat de beoordeling ‘goed’ heeft gekregen, dan is dat voldoende. Bij twijfel: stuur een mail aan info@papiercirculair.nl.
Toelichting
In de 4evergreen Alliance wordt gewerkt aan een Europees-brede gestandaardiseerde test-methodologie. Alle papierproducten en brancheverenigingen zijn aangesloten bij dit traject van de Europese Unie (EU). Het protocol levert een voor de EU geharmoniseerde aanpak op om vast te stellen welke verpakkingen recyclebaar zijn. Het protocol is gereed en wordt momenteel door de testinstituten gebruikt om hun methodes te standaardiseren.
Anders dan in onze buurlanden, geldt in Nederland geen percentage toegestane papiervreemde componenten. Het advies is echter om het aandeel toevoegingen zo klein mogelijk te houden, dat alleen voor het functionele gebruik is benodigd.
Kleine toegevoegde vaste onderdelen, zoals nietjes, tape en een kunststof venster, zijn toegestaan. Dubbelzijdig gecoat of gelamineerd papier/karton is niet toegestaan. Bij enkelzijdig gecoat of gelamineerd papier en karton vragen PRN en VNP om een recyclingtest.
Gebruikte drinkbekers van papier of karton mogen niet bij het oud papier worden afgedankt, omdat ze niet schoon en droog zijn.
Als aan de voorwaarden wordt voldaan om een verpakking bij het oud papier af te danken, dan kan het Weggooiwijzer-logo worden gebruikt.
Klik op het logo voor meer specifieke toepassingen van de Weggooiwijzer. De Weggooiwijzer-logo’s zijn niet verplicht. Ze geven consumenten een duidelijke indicatie in welke afvalbak/container een verpakking kan worden weggegooid.
Alle cellulosevezels zijn goed recyclebaar, mits de vezels zijn ontsloten. Dat betekent dat de cellulose is vrijgemaakt uit het plantaardige materiaal waaruit deze worden gewonnen. In de recycling gedragen alle ontsloten cellulosevezels zich hetzelfde, ongeacht of deze afkomstig zijn uit hout, hennep, vlas, katoen of andere gewassen.
Niet-ontsloten plantenvezels en synthetische vezels gedragen zich in de recycling daarentegen hetzelfde als vervuiling. Afhankelijk van de complexiteit van het recyclingproces zullen deze vezels ofwel samen met de papiervezels tot nieuw papier of karton gevormd worden, ofwel samen met de aanwezige vervuiling worden uitgefilterd. Hier kun je meer lezen over hoe de recycling van papier en karton in zijn werk gaat.
Recyclability of recyclebaarheid is een producteigenschap die aangeeft hoe goed de vezels (en andere componenten) met behoud van kwaliteit uit papiergebaseerde producten terugwinbaar en hertoepasbaar zijn. Het is een resultaat van een productontwerp, de productie en de verwerking van papier of karton.
Er bestaan verschillende richtlijnen voor het ontwerpen van recyclebare verpakkingen zoals:
–KIDV Recyclecheck Papier en Karton Verpakkingen
–4Evergreen’s Circularity by design guideline for fibre-based packaging
–CPI’s Design for Recyclability Guidelines
Hierin worden de do’s en don’ts beschreven waaraan verpakkingen moeten voldoen om na gebruik goed recyclebaar te zijn en teruggewonnen componenten kunnen dienen als grondstof voor een nieuw product.
Als een product ontworpen is volgens de recyclabilityrichtlijnen, is dat nog geen garantie dat het product daadwerkelijk eenvoudig recyclebaar is. Om dit te beproeven kan een recyclabilitytest op laboratoriumschaal worden uitgevoerd op basis van een aangeleverde verpakking (zie volgende vraag). In deze test wordt een aantal criteria getest, waaruit moet blijken of de verpakking zich goed laat verwerken tot nieuwe papier- en kartonproducten van hoge kwaliteit, zonder een te grote belasting voor het proces, het milieu en de betrokken medewerkers. Het resultaat hiervan is een meetrapport (en een certificaat) waaruit volgt of het product recyclebaar is. Dit vormt een belangrijke voorwaarde voor de wijze waarop de verpakking na gebruik kan worden ingezameld: via de oudpapierbak of op andere wijze.
Als het testresultaat afkomstig is van de hiervoor genoemde instituten en als het testresultaat de beoordeling ‘goed’ heeft gekregen, dan is dat voldoende. Bij twijfel: stuur een mail aan info@papiercirculair.nl.
Toelichting
In de 4evergreen Alliance wordt gewerkt aan een Europees-brede gestandaardiseerde test-methodologie. Alle papierproducten en brancheverenigingen zijn aangesloten bij dit traject van de Europese Unie (EU). Het protocol levert een voor de EU geharmoniseerde aanpak op om vast te stellen welke verpakkingen recyclebaar zijn. Het protocol is gereed en wordt momenteel door de testinstituten gebruikt om hun methodes te standaardiseren.
Anders dan in onze buurlanden, geldt in Nederland geen percentage toegestane papiervreemde componenten. Het advies is echter om het aandeel toevoegingen zo klein mogelijk te houden, dat alleen voor het functionele gebruik is benodigd.
Kleine toegevoegde vaste onderdelen, zoals nietjes, tape en een kunststof venster, zijn toegestaan. Dubbelzijdig gecoat of gelamineerd papier/karton is niet toegestaan. Bij enkelzijdig gecoat of gelamineerd papier en karton vragen PRN en VNP om een recyclingtest.
Gebruikte drinkbekers van papier of karton mogen niet bij het oud papier worden afgedankt, omdat ze niet schoon en droog zijn.
Als aan de voorwaarden wordt voldaan om een verpakking bij het oud papier af te danken, dan kan het Weggooiwijzer-logo worden gebruikt.
Klik op het logo voor meer specifieke toepassingen van de Weggooiwijzer. De Weggooiwijzer-logo’s zijn niet verplicht. Ze geven consumenten een duidelijke indicatie in welke afvalbak/container een verpakking kan worden weggegooid.
Alle cellulosevezels zijn goed recyclebaar, mits de vezels zijn ontsloten. Dat betekent dat de cellulose is vrijgemaakt uit het plantaardige materiaal waaruit deze worden gewonnen. In de recycling gedragen alle ontsloten cellulosevezels zich hetzelfde, ongeacht of deze afkomstig zijn uit hout, hennep, vlas, katoen of andere gewassen.
Niet-ontsloten plantenvezels en synthetische vezels gedragen zich in de recycling daarentegen hetzelfde als vervuiling. Afhankelijk van de complexiteit van het recyclingproces zullen deze vezels ofwel samen met de papiervezels tot nieuw papier of karton gevormd worden, ofwel samen met de aanwezige vervuiling worden uitgefilterd. Hier kun je meer lezen over hoe de recycling van papier en karton in zijn werk gaat.
Vragen over de inzameling en recycling van oudpapier
In Nederland wordt 89% van het oudpapier en -karton ingezameld en weer gebruikt om nieuw papier en karton van te maken (2019). Dat is ruim boven de recyclingdoelstelling van 75% en het Europese gemiddelde van 72,5%.
Onder oudpapier wordt elke vorm van papier en karton verstaan die is gemaakt van natuurlijke vezels en geschikt is voor recycling. Zowel papier en karton in pure vorm als materialen en producten die voornamelijk bestaan uit papier en karton maar ook delen bevatten die niet verwijderd kunnen worden door sortering, zoals coatings, lamineerlagen, ringbanden, etc. worden beschouwd als oudpapier.
In de scheidingswijzer staat wat er wel en niet bij het oudpapier mag.
Wat er sowieso niet bij het oudpapier mag zijn stoffen die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid, veiligheid en het milieu, zoals medisch afval, verontreinigde persoonlijke hygieneproducten, gevaarlijk afval, organisch afval inclusief voedsel, bitumen, giftige stoffen, etc.
Ja, het KIDV heeft een serie logo’s ontwikkeld die vrijwillig door bedrijven gebruikt kunnen worden om consumenten te informeren over de beoogde afdankingsmethode van de verpakking. Specifiek voor papier en karton is er ook een logo, dat op papieren en kartonnen verpakkingsmaterialen geplaatst mag worden die volgens de PRN scheidingswijzer bij het oud papier mogen. Let wel: dit zijn geen officiële logo’s, wat betekent dat het gebruik vrijwillig is er ook geen controle is over het correcte gebruik van de recyclinglogo’s.
De recyclinglogo’s zijn hier te vinden.
Nee, in Nederland is er geen regel die stelt dat papier en karton voor een maximumpercentage aan andere materialen (zoals plastics) mogen bevatten.
In sommige andere Europese landen wordt een maximumpercentage andere materialen toegestaan. In de praktijk leidt dit er echter vaak toe dat er zeer dunne lagen plastics worden toegepast, terwijl deze in de recycling meestal problematischer zijn dan dikkere plasticlagen. Daarom is er in Nederland gekozen voor een andere, kwalitatieve selectie op wat er wel en niet bij het oudpapier mag, in de vorm van de PRN Scheidingswijzer.
Overigens geldt er voor gesorteerde balen oudpapier wél een maximumpercentage toegestane papiervreemde vervuiling. Dit is vastgelegd in de EN643 standaard voor oudpapier. Deze regel is bedoeld als kwaliteitsstandaard voor sorteerders van oudpapier en is dus niet van toepassing voor producenten van producten en individuele verpakkingen van papier en karton. Hier lees je meer over de rol die sorteerders hebben in de inzameling en recycling van oudpapier.
Onder papiervreemde bestanddelen wordt elke vorm van vervuiling verstaan die niet bestaat uit papier of uit materialen die als onderdeel van een papieren of kartonnen verpakking of product in het oudpapier terecht komen. Met andere woorden: alles dat géén onderdeel is geweest van een papieren of kartonnen verpakking of product, maar wel bij het oudpapier terecht is gekomen.
Veel voorkomende vormen van papiervreemde bestanddelen zijn bijvoorbeeld metaal, plastic zakken, glas, textiel, hout, zand en bouwmateriaal en etensresten. Vaak komen dit soort materialen in het oudpapier terecht doordat mensen (bewust of onbewust) producten in (ondergrondse) papiercontainers gooien terwijl het daar eigenlijk niet in hoort.
Papier- en kartonfabrieken passen hun processen voortdurend aan om aansluiting te kunnen blijven vinden op de kwaliteit en samenstelling van het oudpapier dat wordt ingezameld. Een toenemend aantal papier- en kartonfabrieken beschikt dan ook al over een verwerkingsproces dat diverse soorten oudpapier kan verwerken.
Als gevolg van de technologische ontwikkelingen neemt de omvang van het oudpapier en -karton dat kan worden gerecycled dan ook nog altijd toe. Ook de regels voor wat er wel en niet bij het oudpapier mag worden regelmatig aangepast aan de technische mogelijkheden bij de papier- en kartonfabrieken.